Ik heb mijn hele leven in een kleine flat gewoond. Ik vond het erg leuk, maar ik miste de ruimte. Ik woonde nog steeds in een kleine kamer met mijn zus. Ik wilde altijd al ooit mijn eigen kamer hebben. Maar dat ging niet door toen ik trouwde in een kleine flat, het was twee plus één. Mijn vader en moeder woonden in de ene kamer en mijn zus en ik in de andere. Stel je voor dat mijn zus naar school ging en ik naar school. Ik zat in groep 8 en mijn zus in groep 3. Dus stel je voor hoe onze kamer eruit zag toen we allebei wilden studeren.
Ik moet zeggen dat het echt moeilijk en ingewikkeld was. En toen we bijvoorbeeld opgroeiden, wilden we meer privacy en dat is logisch. Dat kan niet in een kleine flat. Dus ik wilde altijd in een groot huis of een grote flat wonen. Nu is het heel moeilijk om een flat of een huis te vinden, dus ik dacht dat ik het beste een goedkope onderhuur kon zoeken. Maar dat was een grote vergissing. Zelfs een kleine studioflat of een kleine flat kost veel geld.
En waar haal ik dat geld tegenwoordig vandaan? Tegenwoordig willen veel mensen een aanbetaling, zodat ze vijf huurbetalingen vooruit moeten betalen. Maar hoe kom ik aan dat geld? Geen geld hebben is echt ingewikkeld. Waar halen andere mensen dat geld vandaan? Ik denk dat ze veel spaargeld hebben, of ze hebben een goede baan en een betere plek om te wonen, of ze kunnen een hypotheek krijgen. Minstens 30% of 40% zou spaargeld in huis moeten hebben. Ik denk niet dat dat veranderd is. Maar als je in je eigen huis of flat wilt wonen, moet je veel spaargeld hebben of in een situatie verkeren waarin iemand bereid is om je een flat of huis te verhuren. Het is tegenwoordig echt niet gemakkelijk.